Nieuwe printer toevoegen in JDE
Open het Fastpath
Typ P98616
Druk op het pijltje of druk op de “Enter-toets”
2.1.3 |
2.1.2 |
2.1.1 |
Klik in het volgende scherm op “Printer toevoegen”.
2.1.4 |
Klik op het volgende scherm op de button “Volgende (X)”.
2.1.9 |
Het veld “Platform”, is standaard gevuld met “NTSVR”, dit kan zo blijven staan.
Veld “Naam afdrukserver”, in het geval van Koopmans kan dit gevuld worden met p-ps01.
Veld “Naam printershare”, dit is de printernaam zoals de printer bekend is op de printer server.
In dit voorbeeld TEST03.
Klik op volgende
2.1.8 |
2.1.7 |
2.1.6 |
2.1.9 |
Vul in het veld “Printermodel” het model in van de betreffende printer.
Vul hier in “CMR printer” of “Standaard A4 printer”.
Vul de printerlocatie in het veld “Printerlocatie”.
Selecteer in de onderste tabel het papiertype “A4”
Dit wordt gedaan door in de rij met “Papierformaat A4” een 1 in de kolom van “Papiertype selecteren” te zetten en ook een 1 in de kolom “Standaardtype te zetten”.
Ga naar het tabblad “Details”
2.1.13 |
2.1.12 |
2.1.10 |
2.1.11 |
Selecteer de “Printerdefinitietaal” postscript.
Klik op de radiobutton “Stand.” achter Postscript.
Klik op de button “Einde (E)” worden geklikt.
2.1.16 |
2.1.15 |
2.1.14 |
Printer aanmaken gereed!
Printer wijzigen
Open het Fastpath
Typ P98616
Druk op het pijltje of druk op de “Enter-toets”
3.1.3 |
3.1.2 |
3.1.1 |
Klik in het volgende scherm op “Printer wijzigen”.
3.1.4 |
Klik in het volgende scherm op het vergrootglas om alle printers te tonen.
3.1.5 |
Selecteer de printer die gewijzigd dient te worden door te dubbelklikken op het vinkje voor de betreffende regel.
3.1.6 |
Vervolgens kunnen de instellingen gewijzigd worden.
Let op! Onder het tabblad details staan de instellingen van de “Printerdefinitietaal”.
|
Het toewijzen van een standaard printer aan een persoon/Rapport
Standaard printer instellen voor een Gebruiker/Rapport/Versie.
Ga via het Fastpath naar p98616
4.1.1. |
Klik op de button “Standaardprinter definieren”.
Hier kun je een standaardprinter aan een rapport/rapportversie of gebruiker koppelen.
4.1.2. |
Klik op de toevoeg button in het onderstaande scherm of selecteer een regel uit de grid en klik op de select button.
4.1.1. |
In het scherm wat verschijnt kun je aangeven welke printer wanneer gebruikt dient te worden.
- Via het veld gebruiker “Gebruiker/rol” kun je optioneel een specifieke gebruiker aangeven. Gebruiker *PUBLIC voor alle gebruikers.
- Veld “Rapportnaam”, hier kan optioneel de waarde van het rapport worden vermeld. Bijvoorbeeld R42535 voor de pakbon. Gebruik *ALL om de standaard printer voor alle rapporten te laten gelden.
- Veld “Versienaam”, hier kan optioneel de versie van het rapport worden gekoppeld. Bijvoorbeeld Q130051 voor de handmatige verwerking. Gebruik *ALL om het te laten gelden voor alle versies van een rapport.
- Veld “Omgeving”, in dit veld kan per omgeving worden aangegeven. Voor de productie omgeving is dit JPD920. De test omgeving is JPY920. Gebruik *ALL om de instellingen te laten gelden voor alle JDE omgevingen.
- Veld “Printernaam”, in dit veld dient de printer naam genoteerd te worden. Met behulp van de zoeklamp kan een printer worden gezocht.
- Veld “Hostnaam”, in dit veld wordt de hostnaam vermeld. Vul hier *ALL in.
- Veld “Objectstatus”, als dit veld gevuld is met NA dan is de printer koppeling niet actief. Als in dit veld AV staat dan is de koppeling actief. Zet daarom de printer op status AV!
Klik op het vinkje om de instellingen op te slaan.
4.1.5. |
4.1.4. |